Waarom een boek met een link tussen Psychiatrie en Paranormaal

Ja, waarom eigenlijk? Waarom moest ik zo nodig dat boek schrijven? Zoals eerder gezegd was het voor mij een gedrevenheid. En dan heb je niet zoveel te willen, he! Het moet gewoon. 
Nadat ik zelf een crisis doorgemaakt had, net 34 jaar oud, gingen mijn ogen open. Letterlijk!
Ik zag ineens heel scherp wat er in de psychiatrie gebeurde, en vroeg me af of de patiënten wel daadwerkelijk geholpen werden met de medicijnen die zij kregen. Ik ging uit van mezelf. Wat als ik pillen had moeten slikken? Ikzelf was er zeker niets mee opgeschoten. Mijn probleem lag op een ander gebied, dan psychiatrisch. Ik moest leren omgaan met mijn paranormale vermogens en dat gaat je nou juist niet lukken door pillen te slikken. 

Nu ik deze blog aan het bijhouden ben, komt er van alles weer bovendrijven. Dat wil ik graag met je delen vóór mijn boek uitgegeven wordt. Noem het en kijkje achter de schermen. De foto van mij, die ik in de vorige post plaatste en waar ik net in de opleiding zit, is gemaakt op het terrein van het Ziekenhuis; gebouwd in een duin- en bosrijk gebied. Het heette dan ook toentertijd nog Duin en Bos. Hoe toepasselijk. Later een naamsverandering naar Dijk en Duin. 
Natuurlijk heb ik er ook een geweldige tijd gehad, veel lol en alles dat niet mocht was leuk. Iedereen was in die tijd verplicht intern. Zo mocht er absoluut geen herenbezoek op je kamer in het Zusterhuis -door de broeders de ‘Hunkerbunker’ genoemd- komen. Het hoofd van het Internaat was daar erg ‘streng’ in. Het was een ontzettend aardig mens; zij wees je wel op hoe het hoorde maar met een knipoog. Ik kan me de keer nog herinneren dat mijn -toen nog- vriendje op mijn kamer was. Met een: ‘Broedertje, broedertje, je bent in overtreding!’ kwam ze mijn kamer binnen. En ja, zonder kloppen. Met een belerend vingertje zwaaiend in de lucht… en een grote lach! Zij kon geen kwaad doen. Bij niemand! 

Laat op de avond kwamen de Parkwachters voor hun controle ronde door het Zusterhuis stampen op hun zware laarzen. Door ons werden ze ‘de Gestapo’ genoemd. Niet aardig natuurlijk, maar hun handelen was net zomin aardig. Moesten ze anno nu eens proberen! Zij kwamen dus zoals gezegd het Zusterhuis binnen, stampten over de trappen en gangen en daar waar zij herenbezoek vermoedden, stapten zij binnen. Natuurlijk werden zij geregeld op de hak genomen. Dat moge duidelijk zijn. Zo kenden wij al van die leuke apparaatjes waarbij je wat in kon spreken om dan daarna het bandje af te luisteren… dus namen we bandjes op met erotisch getinte geluiden. En dan maar wachten tot de Parkwachter binnenkwam om hem daarna, als hij eenmaal binnen was, met een groepje meiden vanuit de donkere kamer vierkant uit te lachen. De rest van de gang hing direct met hun hoofd om de deur om mee te genieten van de afgang van de Parkwachter! Dit wilde niemand missen!
De mannelijke collega’s hielden er wel eens weddenschappen op na, wie er ’s avonds in het zusterhuis in bad durfde. Maar owee als zij betrapt werden; ontslag zou zo maar kunnen. Ook gingen er ooit aan het begin van de nacht collega’s van één van de afdelingen met touwen uit de zolderramen naar beneden. Gewoon voor de lol. Ahhhhhhhh! Betrapt door de Parkwachter, en op staande voet met ontslag! Maar och, als je dan nog in de opleiding zat ging je of naar Santpoort of naar Heiloo. Mogelijkheden genoeg in die tijd, en werk zat!  


Onderzoek alles, behoud en deel het goede, maar blijf altijd kritisch!


N.a.v. mijn boek: ‘Psychiatrie Paranormaal Bekeken’… een heel proces om dat ei uit te broeden

Over mijn boek: ‘Psychiatrie Paranormaal bekeken’…
Een boek schrijven is een heel proces. Er is ergens een gedachte, of zoals in mijn geval een gedrevenheid. Maar om die gedrevenheid te vatten in woorden… daar gaan een paar jaar overheen. En wel meer dan een paar ook. Zo vaak heb ik het in een hoek gesmeten, en zo vaak een poos of soms een paar jaar erna, het weer opgepakt. Er zit namelijk een groot gedeelte van mijn eigen leven, ziel en zaligheid in dit boek. En dat is het lastigst, geloof mij!Maar goed, af zàl het een keer. En daar ben ik nu mee bezig, met de afronding. 

Ik ben van de soort die liefst alles zelf doet, en dan bedoel ik ook echt: ‘hélemáál selluf!’Toch heb ook ik mensen nodig die mijn teksten eens lezen op snapbaarheid. Maar ook om me te wijzen op die kleine stomme foutjes zoals een komma op de verkeerde plek, het vergeten van een punt achter de zin of een d-t spellingsfout, en soms was er een deel van een zin gewoon weg. Zelf ben ik na zoveel keer diezelfde tekst gezien te hebben daar stekeblind voor geworden. Ook al ben ik, geloof ik, redelijk taalgevoelig. 

Al zo lang bezig met het boek, maar geregeld slaan nog steeds de twijfels toe: Is het wel goed wat ik doe?
Moet ik zonodig mijn nek uitsteken?
Ben ik niet heel stiekem ook bang voor reacties?
En dan natuurlijk niet de positieve maar de negatieve?
Ben ik daar wel tegen opgewassen?
Of: heb ik daar wel zin in?

Wat maak ik los met dit boek? Ik herinner me de arts die de deur van het kantoortje hard dichtknalde nadat hij duidelijk   te kennen had gegeven dat alternatieve geneeswijzen: ‘ ZIJN WETENSCHAP NIET WAREN!’ 

Of voorzie ik in een behoefte aan een andere kijk op de psychiatrie? Waarbij wellicht velen zullen verzuchten: ‘Hèhè, eindelijk iemand die me begrijpt!’

Maar dan mep ik de twijfels weer van tafel, en weet dat er in de psychiatrie velen zijn die, net als degene van het grote compliment na die lezing, zitten te wachten op ‘die andere kijk’ op psychiatrie.

Onderzoek alles, behoud en deel het goede, maar blijf altijd kritisch!


Dáár heb ik mijn leven lang op gewacht! Psychiatrie Paranormaal Bekeken

Vandaag open ik voorzichtig deze blog om je mee te nemen in de voorbereidingen van mijn boek. Dit boek zal de titel dragen:  

‘DAAR HEB IK MIJN LEVEN LANG OP GEWACHT!’

Psychiatrie Paranormaal Bekeken
Reïncarnatie, Karma, Burnout en Alternatieve Geneeswijzen

Het boek bestaat uit drie delen.

Deel 1. TROBAR

Trobar speelt zich af in het Middeleeuwse Occitanië. Als Kathaars jong meisje komen Beja en haar familie dagelijks problemen tegen die hun leven tekenen, vaak over de schouder doen omkijken en argwanend maken tegenover iedere onbekende. Met haar familie gevlucht voor de Inquisitie gaat ieder zijn eigen weg, maar zeker als jonge vrouw is Beja haar leven niet zeker. Onherkenbaar moet zij   verder op haar pad. Toch komt zij in die periode de juiste mensen tegen die haar op weg helpen. Op weg naar haar bestemming? 

Deel 2. HET TOGAARDERS HUISJE

Eind achttienhonderd in een klein Noord Hollands plaatsje woont een tolgaarder met zijn vrouw en dochter. De ouders begrijpen hun eigenwijze en fantasierijke kind niet. De dokter wordt erbij gehaald en uiteindelijk komt zij na een leven vol valkuilen en onbegrip op een plaats terecht die je niemand gunt.

Deel 3. OPGELEID

Een leven vol herinneringen aan een ver verleden. Die herinneringen kunnen met niemand gedeeld worden en Alida sluit zich -uit zelfbehoud- af voor iedereen. Tot zij op een kwaaie dag zichzelf zolang heeft verloochend, dat ze niet verder meer kan en geestelijk en lichamelijk aan het eind is van haar Latijn. Er moet iets gebeuren, dat is haar wel duidelijk. Maar wat? Het is erop of eronder!

De titel: ‘Dáár heb ik mijn leven lang op gewacht’ is gebaseerd op een opmerking die iemand maakte aan het eind van de lezing: ‘Psychiatrie Paranormaal Bekeken.’ Hij zei letterlijk:

‘Ik ben zelf opgenomen geweest in de psychiatrie,
maar wat ik hier vanavond van jou gehoord heb,
dáár heb ik mijn leven lang op gewacht…’

Een groter compliment kun je je toch niet wensen!

Deel 1 van dit boek kan ook gelezen worden als een op zichzelf staande Historische Roman, en komt te zijner tijd op dezelfde dag uit onder de titel:

‘TROBAR’
De spirituele weg van een Kathaarse jonge vrouw

Onderzoek alles, behoud en deel het goede, maar blijf altijd kritisch!