Herinneringen over vorige levens… vaak heel heftig en helemaal niet leuk. Vele keren heb ik mensen horen zeggen: ‘Wat interessant, dat zou ik ook wel willen!’ Het wordt als door een roze bril gezien, geromantiseerd. Alsof alles maar leuk was. Maar over het algemeen geven de herinneringen uit een ver verleden je een handreiking voor de problemen die je in het huidige leven hebt.
Ik ga van mezelf uit; mijn herinneringen aan vorige levens waren ronduit verwarrend, ik snapte er aanvankelijk helemaal niets van en het maakte mij nog meer van streek. Zij maakten het nog moeilijker voor me dan ik het al had met mezelf.
Vorige levens:
Wat bij mij de oorzaak was: ik had slechte ervaringen met het naar buiten brengen van mijn kennis van geneeskrachtige kruiden, en ook mijn geneeskrachtige handen kon ik alleen in het geheim gebruiken. Als bekend werd dat je die kennis en kracht bezat, werd je op mijn minst voor heks uitgemaakt. Met alle gevolgen van dien. In het daarop volgende leven ging het door, waar het vorige geëindigd was. Weer problemen met het naar buiten brengen van… en weer gesterkt in het idee dat het beter is om niets te zeggen, bang voor de (voor)oordelen uit de buitenwereld.
Nu:
Het leven ging ook nu verder waar ik de vorige keer was geëindigd. Alle voorgaande problemen uit twee levens nam ik mee en liet ik weer mijn leven beïnvloeden. Onbewust natuurlijk, en nog niet bij machte er zicht op te krijgen, laat staan er iets aan te doen. Het nam mijn hele leven in beslag, ik kwam er niet van los.
Tot ik op een dag, net na mijn vierendertigste verjaardag, met mijn rug tegen de muur stond en er iets mee móest doen. Maar hoe en bij wie kon ik terecht? Ik was inmiddels in een zorgelijke toestand beland, kon niet meer reëel denken en was geestelijk en lichamelijk op.
Volgens de oude volkswijsheid komt hulp altijd als de nood het hoogst is. Zo ook bij mij. Je struikelt als het ware over de juiste mensen op het moment dat je ze nodig hebt.
Die universele wet werkt altijd en voor iedereen!
En het mooie is: de afloop is altijd goed… alleen wordt er geen tijd bij vermeld! Bij mij was de afloop ook goed, er gingen ‘slechts’ drie levens overheen!
Onderzoek alles, behoud en deel het goede, maar blijf altijd kritisch!
Tag: psychiatrie
Waarom een boek met een link tussen Psychiatrie en Paranormaal
Ja, waarom eigenlijk? Waarom moest ik zo nodig dat boek schrijven? Zoals eerder gezegd was het voor mij een gedrevenheid. En dan heb je niet zoveel te willen, he! Het moet gewoon.
Nadat ik zelf een crisis doorgemaakt had, net 34 jaar oud, gingen mijn ogen open. Letterlijk!
Ik zag ineens heel scherp wat er in de psychiatrie gebeurde, en vroeg me af of de patiënten wel daadwerkelijk geholpen werden met de medicijnen die zij kregen. Ik ging uit van mezelf. Wat als ik pillen had moeten slikken? Ikzelf was er zeker niets mee opgeschoten. Mijn probleem lag op een ander gebied, dan psychiatrisch. Ik moest leren omgaan met mijn paranormale vermogens en dat gaat je nou juist niet lukken door pillen te slikken.
Nu ik deze blog aan het bijhouden ben, komt er van alles weer bovendrijven. Dat wil ik graag met je delen vóór mijn boek uitgegeven wordt. Noem het en kijkje achter de schermen. De foto van mij, die ik in de vorige post plaatste en waar ik net in de opleiding zit, is gemaakt op het terrein van het Ziekenhuis; gebouwd in een duin- en bosrijk gebied. Het heette dan ook toentertijd nog Duin en Bos. Hoe toepasselijk. Later een naamsverandering naar Dijk en Duin.
Natuurlijk heb ik er ook een geweldige tijd gehad, veel lol en alles dat niet mocht was leuk. Iedereen was in die tijd verplicht intern. Zo mocht er absoluut geen herenbezoek op je kamer in het Zusterhuis -door de broeders de ‘Hunkerbunker’ genoemd- komen. Het hoofd van het Internaat was daar erg ‘streng’ in. Het was een ontzettend aardig mens; zij wees je wel op hoe het hoorde maar met een knipoog. Ik kan me de keer nog herinneren dat mijn -toen nog- vriendje op mijn kamer was. Met een: ‘Broedertje, broedertje, je bent in overtreding!’ kwam ze mijn kamer binnen. En ja, zonder kloppen. Met een belerend vingertje zwaaiend in de lucht… en een grote lach! Zij kon geen kwaad doen. Bij niemand!
Laat op de avond kwamen de Parkwachters voor hun controle ronde door het Zusterhuis stampen op hun zware laarzen. Door ons werden ze ‘de Gestapo’ genoemd. Niet aardig natuurlijk, maar hun handelen was net zomin aardig. Moesten ze anno nu eens proberen! Zij kwamen dus zoals gezegd het Zusterhuis binnen, stampten over de trappen en gangen en daar waar zij herenbezoek vermoedden, stapten zij binnen. Natuurlijk werden zij geregeld op de hak genomen. Dat moge duidelijk zijn. Zo kenden wij al van die leuke apparaatjes waarbij je wat in kon spreken om dan daarna het bandje af te luisteren… dus namen we bandjes op met erotisch getinte geluiden. En dan maar wachten tot de Parkwachter binnenkwam om hem daarna, als hij eenmaal binnen was, met een groepje meiden vanuit de donkere kamer vierkant uit te lachen. De rest van de gang hing direct met hun hoofd om de deur om mee te genieten van de afgang van de Parkwachter! Dit wilde niemand missen!
De mannelijke collega’s hielden er wel eens weddenschappen op na, wie er ’s avonds in het zusterhuis in bad durfde. Maar owee als zij betrapt werden; ontslag zou zo maar kunnen. Ook gingen er ooit aan het begin van de nacht collega’s van één van de afdelingen met touwen uit de zolderramen naar beneden. Gewoon voor de lol. Ahhhhhhhh! Betrapt door de Parkwachter, en op staande voet met ontslag! Maar och, als je dan nog in de opleiding zat ging je of naar Santpoort of naar Heiloo. Mogelijkheden genoeg in die tijd, en werk zat!
Onderzoek alles, behoud en deel het goede, maar blijf altijd kritisch!
N.a.v. mijn boek: ‘Psychiatrie Paranormaal Bekeken’… een heel proces om dat ei uit te broeden
Over mijn boek: ‘Psychiatrie Paranormaal bekeken’…
Een boek schrijven is een heel proces. Er is ergens een gedachte, of zoals in mijn geval een gedrevenheid. Maar om die gedrevenheid te vatten in woorden… daar gaan een paar jaar overheen. En wel meer dan een paar ook. Zo vaak heb ik het in een hoek gesmeten, en zo vaak een poos of soms een paar jaar erna, het weer opgepakt. Er zit namelijk een groot gedeelte van mijn eigen leven, ziel en zaligheid in dit boek. En dat is het lastigst, geloof mij!Maar goed, af zàl het een keer. En daar ben ik nu mee bezig, met de afronding.
Ik ben van de soort die liefst alles zelf doet, en dan bedoel ik ook echt: ‘hélemáál selluf!’Toch heb ook ik mensen nodig die mijn teksten eens lezen op snapbaarheid. Maar ook om me te wijzen op die kleine stomme foutjes zoals een komma op de verkeerde plek, het vergeten van een punt achter de zin of een d-t spellingsfout, en soms was er een deel van een zin gewoon weg. Zelf ben ik na zoveel keer diezelfde tekst gezien te hebben daar stekeblind voor geworden. Ook al ben ik, geloof ik, redelijk taalgevoelig.
Al zo lang bezig met het boek, maar geregeld slaan nog steeds de twijfels toe: Is het wel goed wat ik doe?
Moet ik zonodig mijn nek uitsteken?
Ben ik niet heel stiekem ook bang voor reacties?
En dan natuurlijk niet de positieve maar de negatieve?
Ben ik daar wel tegen opgewassen?
Of: heb ik daar wel zin in?
Wat maak ik los met dit boek? Ik herinner me de arts die de deur van het kantoortje hard dichtknalde nadat hij duidelijk te kennen had gegeven dat alternatieve geneeswijzen: ‘ ZIJN WETENSCHAP NIET WAREN!’
Of voorzie ik in een behoefte aan een andere kijk op de psychiatrie? Waarbij wellicht velen zullen verzuchten: ‘Hèhè, eindelijk iemand die me begrijpt!’
Maar dan mep ik de twijfels weer van tafel, en weet dat er in de psychiatrie velen zijn die, net als degene van het grote compliment na die lezing, zitten te wachten op ‘die andere kijk’ op psychiatrie.
Onderzoek alles, behoud en deel het goede, maar blijf altijd kritisch!