Een andere jaarwisseling kan ook

Een paar jaar gelden werden wij uitgenodigd door vrienden, om in Frankrijk met hen Kerst en Oud en Nieuw te vieren. Half december stappen wij in de auto, om via vrienden in de Vogezen, naar de Pyreneeën te rijden. Enige dagen na aankomst hebben wij de Winterzonnewende gevierd met elkaar. Er wordt een groot vuur gemaakt buiten, geproost op de komende terugkeer van het licht. De dag daarna wordt de hele buurt -lees: de bewoners van ongeveer de hele berg- uitgenodigd door de buurvrouw. Iedereen neemt iets te eten mee, buurvrouw zorgt voor de drank. Oergezellig; buiten in de zon vanwege het mooie weer en je waant je in de sixties vanwege alle -overjarige- hippies uit de streek zijn aanwezig. Zelfs een heuse hasjpijp komt voorbij aan iedere aanwezige en wie wil lurkt er even aan!

Daags voor de Kerst wordt er op eigen erf een kerstboom omgehakt en met elkaar naar huis gedragen, dan tuigen we de boom op en de lampjes worden erin gehangen. ’s Avonds komt het rummikub op tafel. Voor de duidelijkheid: er komt elke avond rummikub op tafel, want televisie is er niet. Internet tegenwoordig wel, maar slechte verbinding op de berg.

Er worden vaak gasten voor het eten uitgenodigd, en dat is gezellig. Ook met Kerst zijn er gasten, maar er is geen overdreven maaltijd; wel een met zorg bereide, eenvoudige vegetarische maaltijd. Groenten nog steeds uit eigen tuin! Wij zijn benieuwd hoe de Oudejaarsavond er in Frankrijk uit gaat zien.
Oliebollen worden er gebakken, er is de rummikub of en andere spellen en dan wordt het toch langzaamaan twaalf uur. Geen televisie, zoals gezegd, dus hebben we de klok in de huiskamer die we in de gaten houden. We zitten rond de houtkachel want de temperatuur is gedaald. Om twaalf uur wensen we elkaar alle goeds voor het Nieuwe jaar en drinken een glaasje Blanquette de Limoux.
Volgens de mensen in de streek de enige echte Champagne. De rechten van Champagne op die naam is volgens hen ten onrechte! Maar dat even ter zijde. Het is stil buiten, in de verte horen we af en toe een hond aanslaan, maar dat is het dan wel. Geen vuurwerk, geen geknal. Daar doen ze hier niet aan.
Het enige vuurwerk dat ik daar ooit gezien heb, was dat van Quatorze Juillet. Maar dat was dan ook enorm; het vuurwerk was op de muren van de Cité van Carcassonne door professionals aangebracht en zorgde voor een gigantische show. Dus ze kunnen het best, die Fransen. Niet echter hier in de streek met Oud en Nieuw.

Wat er wel gebeurt: de fontein in het dorp schuimt over de rand van het zeepsop. Het lokale gebruik is, dat er flessen afwasmiddel in de fontein leeggegoten worden. Best leuk om te zien, en het gaat een hele tijd door.
Zo kan het dus ook!

Onderzoek alles, behoud en deel het goede, maar blijf altijd kritisch!


N.a.v. mijn boek ‘Psychiatrie Paranormaal Bekeken’ Herinneringen aan een ver verleden in een brandend huis

N a.v. mijn boek ‘Psychiatrie Paranormaal Bekeken’ 
Herinneringen aan een ver verleden: slachtoffer uit een verbrande woning nabij Montsegur. 
Schreef ik al een blog over Olga en haar herinneringen aan het verleden bij de Montsegur, hier deel ik nog een herinnering van Olga. Met tastbare gevolgen voor haar. 
Tijdens één van de reizen die ik eind jaren negentig organiseerde naar Occitanië in Zuid Frankrijk gingen we dagelijks op stap vanuit onze gite, om de omgeving te verkennen. Die gite huurde ik bij vrienden die aan de voet van de Pyreneeën wonen, vlakbij de Troubadoursburcht Puivert. Een prachtige uitvalsbasis om een bezoek te brengen aan de Cité de Carcassonne, Minerve, gorge de Calamus, Montsegur. 
We lopen in een klein dorpje. Plotseling krijgt Olga het moeilijk. Ze weet niet wat er aan de hand is, maar ze voelt zich niet veilig. Aan de rand van het dorp staan paar middeleeuwse ruïnes. Meer is het niet; onbewoonbaar. Het zien van die ruïnes, waarvan er meerdere duidelijk in brand hebben gestaan, doen haar herinneren dat ze zelf een brandend huis ontvlucht is. Op het moment dat ze haar herinneringen deelt, zie ik het zo voor me. De balken boven haar storten in en komen op haar terecht. De vlammen krijgen vat op haar kleren. Meer beelden heeft ze niet gezien, maar zelf weet ze met zekerheid te vertellen dat ze gered werd uit de brandende woning. 

De dag is bepaald door deze herinnering en verloopt verder rustig; we wandelen, drinken ergens koffie, eten wat en gaan in de loop van de middag terug naar onze gite. Het was een druilerige dag en we zagen geen zon. Die hele week nog geen zon gezien. Helemaal niet erg, want het is heerlijk najaarsweer. 
Eenmaal terug vertellen wij onze gastheer natuurlijk dat Olga zich voor de tweede keer iets herinnerd heeft, en zij doet haar verhaal. Tegen de avond, in de schemering, zien we door de andere lichtval iets wat nog niet was opgevallen. 

‘Zou jij je gezicht niet eens insmeren?’ vraagt haar vriendin.
‘Nou, hoezo dàt dan?’ vraagt zij met een onvervalste Wetsfriese tongval.
‘Kind, je hebt de vellen aan je gezicht hangen! Je bent hartstikke verbrand!’
‘Maar waarvan dan? We hebben geen zon gezien…’
Als ze deze woorden uitspreekt weten we allemaal dat deze vellen van verbranding niets met de zon te maken hebben gehad. Het is de lichamelijke reactie op wat zij in de geest ervaren heeft, eerder die dag. Zo heftig kan een herinnering zijn, die ook geestelijk lange tijd kan blijven hangen; alsof je het net meegemaakt hebt. Het begrip ‘tijd’ blijkt ook hier weer heel betrekkelijk.

Onderzoek alles, behoud en deel het goede, maar blijf altijd kritisch!


Geestelijk gezonde mensen horen geen stemmen

Vandaag gelezen: ‘Geestelijk gezonde mensen horen geen stemmen.’ Gewoon in een boek. Nou kan ik je verzekeren dat ik op een wel heel kritiek/speciaal moment een bijzonder duidelijke stem hoorde! En ik schaar mezelf tot ‘normale’ mensen, met een nuchter en kritisch denkvermogen.

Ik reed richting Pyreneeën, op weg naar vrienden voor een weekje. Dat deed ik wel vaker,  zo in mijn eentje, dat had ik af en toe nodig. Het was aan het eind van de dag, ik moest nog een flink stuk rijden, en nam pauze. Bij een parkeerplaats langs de grote weg ben ik even in het gras in het laatste zonnetje gaan liggen. Er was alleen nog een gezin met kinderen, die daar lekker aan het spelen waren. Dus ging ik niet ver bij hen vandaan liggen. Je moet het niet opzoeken, toch?

Op een moment hoor ik heel duidelijk iemand tegen mij zeggen: ‘Er staat iemand naar je te kijken!’ Was ik me daar toch in slaap gevallen… en er was niemand meer. Zon al ver achter de horizon verdwenen. En inderdaad stond er iemand naar me te kijken! Ik vervloekte de man in onvervalst Amsterdams en mijn ogen schoten vuur.
Hij stond te gebaren, van: ‘Ik doe toch niets?’
‘Wat niets doen, gtvrdegtvr! Laat me met rust!’
Ik vloog overeind, en woest als ik was, ben ik achter hem aan gegaan. Stom, zul je zeggen. Nee, niet stom, ik was zo kwaad, ik kon hem aan! Met gemak. Degene die bang was, was hij! 
Helaas rende hij zo hard voor mij uit, dat hij zich ergens kon verstoppen tussen alle vrachtwagens die verderop stonden geparkeerd. Waarschijnlijk was hij één van de chauffeurs. Ik heb nog rond gekeken, maar zag hem niet meer. Dan maar terug naar de auto.

En die stem die mij gewaarschuwd had? Alsof er iemand naast me had gestaan… maar dat had ze niet. Ik wist wie het was. Dit was mijn moeder die enige jaren daarvoor overleden was.
‘Dankjewel mam,’ heb ik gezegd en ben verder gereden. Uitgerust en wel, om laat in de avond aan te komen bij de vrienden in de Pyreneeën.

Onderzoek alles, behoud en deel het goede, maar blijf altijd kritisch!